3.3 Erfgoed als belevenis
________________________________________
Welk erfgoed u ook bezoekt, er zal tegenwoordig altijd worden getracht u iets te laten beleven of ervaren. Als u een hunebed gaat bekijken, wordt u in het expositiecentrum uitgenodigd om te ‘ervaren hoe de Hunebedbouwers duizenden jaren geleden leefden en woonden.’ Het Museum aan het Vrijthof in Maastricht ‘wil elke bezoeker een bijzondere museale ervaring bieden.’ De bibliotheek in Drachten presenteert zichzelf als ‘beleefbibliotheek’. Ook in de Airborne Experience in Oosterbeek staat de ervaring centraal:
Voelen = weten. In de ondergrondse Experience ervaar je de oorlog in al z’n hevigheid. Hier voel je de impact van het geweld op jonge jongens die vertwijfeld vechten voor hun leven. […] Ineens sta je tussen de felle gevechten in de Arnhemse straten. Je dwaalt door een imposant oorlogsdecor met metershoge, authentieke filmbeelden. Met knap nagebouwde huizen. […] Een intense ervaring.
Kijk naar dit filmpje voor een voorproefje van Airborne Experience:
In de tot nu toe genoemde voorbeelden is de beleving van het erfgoed gebonden aan de fysieke plek van het erfgoed – of de nabijheid daarvan, zoals in het geval van de Airborne Experience. Het zijn ‘lieux de mémoire’ (zie kernbegrip: lieux de mémoire), plaatsen van herinnering aan een historische gebeurtenis die u ter plekke kunt ‘beleven’. Maar waar deze fysieke plek ontbreekt of ontoegankelijk is, kan de behoefte aan herinnering en ervaring van het erfgoed worden nagebootst. Een voorbeeld hiervan is het U.S. Holocaust Memorial Museum in Washington. In dit museum wordt getracht om bezoekers bepaalde facetten van een concentratiekamp te laten beleven. De bezoeker krijgt een pasje van een persoon die in een concentratiekamp heeft gezeten en ervaart als het ware de kamptijd door de ogen van deze persoon. Aan het eind van zijn tocht door het museum krijgt de bezoeker te horen of de persoon op het pasje het heeft overleefd.
Het museum biedt de bezoeker een belevenis die zich richt op een sterke identificatie met de slachtoffers van de Holocaust. Het museum heeft hiermee een breder doel:
With unique power and authenticity, the Museum teaches millions of people each year about the dangers of unchecked hatred and the need to prevent genocide. And we encourage them to act, cultivating a sense of moral responsibility among our citizens so that they will respond to the monumental challenges that confront our world.
Het museumbezoek heeft dus een hoger doel: het aankweken van morele verantwoordelijkheid bij de bezoeker en het voorkomen van genocide. Hier zien we de eerder genoemde ‘transformatie’, een bewust- en bestaansverandering, die de beleving van het erfgoed moet bewerkstelligen (zie kernbegrip: beleveniseconomie).
Bron: Wikimedia Commons - Gabichan2020 |
Bron: Wikimedia Commons - Dsdugan |
In de doelstelling van het U.S. Holocaust Memorial Museum valt naast de idealistische boodschap nog iets anders op. Er wordt over 'authenticiteit' gesproken (kernbegrip: authenticiteit). Zou deze authenticiteit verwijzen naar de paar authentieke objecten die in de tentoonstelling te zien zijn – zoals een Duitse treinwagon – of naar de ervaring van authenticiteit die bezoekers hebben door zich te identificeren met de Holocaustslachtoffers?