________________________________________

Het begrip ‘volkscultuur’ verwijst naar het geheel van cultuuruitingen die als wezenlijk worden ervaren voor specifieke groepen, steeds onder verwijzing naar traditie, verleden en nationale, regionale of lokale identiteiten. Tegenwoordig wordt benadrukt dat volkscultuur dynamisch is, elke generatie maakt haar eigen keuzes. Het begrip is bijna synoniem geworden met ‘immaterieel erfgoed’. Deze overeenkomst blijkt ook uit de definities die het Nederlands Centrum voor Volkscultuur en Immaterieel erfgoed geeft:

Volkscultuur en immaterieel erfgoed hebben allebei te maken met tradities: met de gewoonten en gebruiken die iedereen van huis uit meekrijgt en die van generatie op generatie worden doorgegeven. Volkscultuur omvat alle tradities en immaterieel erfgoed is een selectie van belangrijke tradities die wij niet verloren willen laten gaan en dus willen beschermen.

http://www.volkscultuur.nl/definities_24.html

In de negentiende eeuw werd volkscultuur niet dynamisch, maar statisch gedefinieerd. Volkscultuur was de cultuur van de traditionele plattelandssamenleving en deze werd geïdealiseerd als nationaal icoon. Men zag de industrialisering en modernisering als bedreigingen van de volkscultuur en trachtte deze te conserveren en te ‘musealiseren’ (zie kernbegrip musealisering).