3.1 Anno nu
________________________________________
In Nederland wordt veel publieksonderzoek gedaan, onder andere door het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP). Daardoor hebben we een goed beeld van de belangstelling voor cultureel erfgoed in Nederland. Deze cijfers hebben vooral betrekking op materieel erfgoed.
De meeste bezoekers van cultureel erfgoed in Nederland zijn hoger opgeleid, autochtoon en 50-plusser. Vrouwen bezoeken relatief vaak musea, mannen iets vaker archeologische presentaties en archieven. De trend in Nederland is een groeiende erfgoeddeelname. Als verklaring hiervoor zou je kunnen wijzen op de ‘geschiedenishype’ die, zo vermoedt emeritus hoogleraar geschiedenis Hans Blom, te maken heeft met ‘onbehagen en een verlangen naar geborgenheid, naar iets wat men kennelijk in het verleden vindt.’ (Trouw, 11 januari 2011). Maar het SCP houdt het bij een demografische verklaring. Dat meer mensen erfgoed bezoeken valt te verklaren uit het gemiddeld hogere opleidingsniveau, het gestegen inkomensniveau en de vergrijzing van de Nederlandse bevolking. Het zijn kortom voornamelijk de fitte en gefortuneerde babyboomers die zorgen voor de stijging.
|
Bron: Wikimedia Commons - Carlos Reusser Monsalvez |
Vooral het museumbezoek stijgt. In 2015 werden er in totaal 30.317.000 bezoeken (zowel door Nederlanders als door buitenlanders) aan Nederlandse musea gebracht. De musea gericht op geschiedenis trokken het grootste publiek (CBS, Statline). In 2018 was het museumbezoek gestegen naar ca. 33,6 miljoen bezoekers. Toch is het maar een beperkte groep, slechts 14 procent van de Nederlanders, die vaker dan twee keer per jaar een museum bezoekt. Het aantal jongeren dat musea bezoekt blijft dalen.
Bron: Wikimedia Commons - D'Arch |
Bron: Wikimedia Commons - Ymblanter |
Het bezoek aan monumenten daalt al enige tijd. Wel heel succesvol is de jaarlijkse Open Monumentendag. Zo vond de Open Monumentendag van 2018 in circa 300 gemeenten plaats en trok naar schatting 1 miljoen bezoekers. Hiermee is het één van de meest populaire en drukst bezochte culturele evenementen in Nederland. Naast 55-plussers komen hier ook veel jonge gezinnen met kinderen op af.
In internationaal perspectief doet Nederland het qua museum- en monumentenbezoek goed (zie tabel).
Culturele plaatsen | ||
Mannen | Vrouwen | |
Europa | 42,9 | 43,8 |
Nederland | 63,2 | 59,7 |
België | 43,1 | 42,9 |
Denemarken | 60,7 | 62,1 |
Duitsland | 49,8 | 54,9 |
Frankrijk | 52,5 | 54,8 |
Verenigd Koninkrijk* | 54,9 | 54,6 |
Polen* | 37,5 | 38,1 |
Hongarije | 33,1 | 36,2 |
Spanje | 33,4 | 35,0 |
Portugal | 37,6 | 37,4 |
Griekenland | 15,3 | 18,5 |
* Statistieken minder betrouwbaar.
Bezoek aan historische monumenten, musea, kunstgalerijen of archeologische plaatsen:
deelname van de bevolking ouder dan 16 jaar (in procenten) in 2015.
Bron: Eurostat, Culture statistics: 2019 edition (European Union, 2019) 133.