Opzet cursus
________________________________________
De cursus bestaat uit vier delen. Ieder deel start met een inleiding en sluit af met een zelftoets, bestaande uit vier vragen.
Het eerste deel heeft als titel ‘Wat is cultureel erfgoed?’. Het voornaamste doel van dit deel is de enorme veelsoortigheid te tonen van cultureel erfgoed en de verschillende invalshoeken van waaruit cultureel erfgoed wordt gewaardeerd. Deel 1 bestaat uit drie paragrafen.
Deel 2, ‘Het behoud van erfgoed’, geeft informatie over de instellingen die in Nederland verantwoordelijk zijn voor het behoud en beheer van cultureel erfgoed. Deel 2 bestaat uit vier paragrafen.
Deel 3, ‘Het erfgoedpubliek’, is geheel gewijd aan de gebruikers van cultureel erfgoed, oftewel het publiek. Het deel bestaat uit drie paragrafen. U krijgt hierin een globaal beeld van het Nederlandse erfgoedpubliek, in het heden, maar ook in het verleden. De laatste paragraaf gaat in op het fenomeen van erfgoed als belevenis.
In het vierde deel ten slotte, ‘Erfgoed en identiteit’, gaat alle aandacht uit naar het gebruik van cultureel erfgoed als middel om de identiteit van een gemeenschap, bijvoorbeeld een nationale gemeenschap, vorm te geven. In paragraaf 1 gaat het over het Nederlands Openluchtmuseum, in paragraaf 2 over Kamp Westerbork, en in paragraaf 3 over werelderfgoed (zowel materieel als immaterieel).
In deel 1 tot en met 4 zijn belangrijke begrippen, ‘kernbegrippen’, gemarkeerd. De kernbegrippen worden toegelicht in het onderdeel Kernbegrippen in de cursusstructuur. In de tekst vindt u hier steeds verwijzingen naar. Als u op de knop Kernbegrippen in de cursusstructuur in de linkerkolom klikt, vindt u daar alle kernbegrippen met uitleg in alfabetische volgorde.